Wat is het Minimal Viable Product (MVP)?
Wanneer je een product ontwikkelt – in ons geval bijvoorbeeld een app of website – is feedback van potentiële toekomstige gebruikers heel belangrijk.
Wanneer je door onderzoek weet waar je doelgroep behoefte aan heeft en de eerste versie van je product wilt gaan uittesten, doe je dat door middel van een prototype óf een Minimal Viable Product (MVP). Maar wat is dat laatste precies en wat is het verschil met een prototype?
Waar komt de term Minimal Viable Product (MVP) vandaan?
Minimal Viable Product (MVP) staat letterlijk vertaald voor ‘Minimaal Levensvatbaar Product’. De term wordt meestal geassocieerd met de Lean Startup-Methode (2011) van Eric Ries en Steve Blank (eigenlijk kwam Frank Robinson in 2001 met deze term). De Lean Startup-Methode wordt vaak gevolgd in startups en scaleups, wanneer nieuwe producten worden ontwikkeld of worden verbeterd. Design Thinking is een manier van ontwikkelen die vaak ook wordt toegepast binnen de Lean Startup-Methode (om het nog even wat ingewikkelder te maken).
De Lean Startup-Methode combineert elementen uit Agile en Lean, waarbij er in korte sprints wordt gewerkt. Het doel is om zo snel mogelijk te innoveren en in kleine stappen tot een steeds beter product te komen door zoveel mogelijk te testen.
Het Minimal Viable Product (MVP) komt voor in de fase waarbij de eerste versie van een product getest wordt onder een kleine groep gebruikers. Voor deze eerste versie worden alleen de functies gebouwd die het meest nodig zijn, zodat de eerste gebruikers feedback kunnen geven voor de verdere ontwikkeling van het product. Dit doe je dus voordat je geld gaat uitgeven aan marketingcampagnes om je nieuwe product te promoten, want je product voelt natuurlijk nog niet écht af.
Aannames en hypotheses testen
Wil je een nieuw product op de markt brengen, dan is het belangrijk om in een bepaalde volgorde te werken om uiteindelijk tot een Product Market Fit (PMF) te komen: het punt waarop jouw product precies aansluit bij de aanvraag in de markt en bij de wensen van de doelgroep. Nadat je doelgroeponderzoek hebt gedaan en de behoeften en wensen van de doelgroep hebt onderzocht, stel je hypotheses op basis van aannames. Om die hypotheses te testen en de aannames te valideren, maak je een prototype dat je vervolgens met een groep testgebruikers deelt.
Prototype versus Minimum Viable Product (MVP)
Voordat je het Minimum Viable Product (MVP) uitbrengt, test je meestal eerst een prototype onder een kleine groep gebruikers. Bij een prototype werkt het product nog niet ‘echt’: bij een prototype van een app zijn het vooral printscreens waarbij het lijkt alsof ze van een bestaande app zijn gemaakt, maar de afbeeldingen, icoontjes en knoppen zijn wel klikbaar. Klik je daarop, dan navigeer je naar een andere pagina.
Een MVP van een app is dan een app die je echt kunt gebruiken. Er worden geen printscreens meer gebruikt, maar de gebruiker kan deze gewoon downloaden op zijn apparaat. Zo kan de gebruiker alle functies die getest moeten worden, volledig testen. Met de feedback die de gebruikers geven, wordt de volgende versie van het product gebouwd.
Minimum Viable Product voorbeeld
Een voorbeeld van een Minimum Viable Product kan een webshop zijn. Om eerst uit te zoeken of je doelgroep wel op een webshop zit te wachten zoals jij die graag wilt lanceren, creëer je eerst een snelle, standaard website zonder te veel moeite te steken in de layout van de website. Het gaat in eerste instantie om de producten en de mogelijkheid om die online te verkopen.
Om de eerste bezoekers op de website te laten komen, zet je bijvoorbeeld advertenties in of gebruikt andere promotie-acties om verkeer te genereren. Je koppelt er een data-analyseprogramma zoals Google Analytics aan om te zien hoe mensen je website gebruiken, of ze lang genoeg blijven hangen, hoeveel producten ze gemiddeld bekijken en of ze een aankoop doen of niet. Ook kun je een programma zoals HotJar gebruiken om schermopnames te maken van hoe anonieme gebruikers door je website navigeren, en op welke plekken er het meest geklikt wordt.
Werkt deze eerste versie goed, dan weet je dat je het eerste, ‘officiële’ product kunt gaan maken wat dan een Product Market Fit (PMF) heeft. Werkt het niet, dan moet je aanpassingen bedenken en die vervolgens gaan testen, net zolang je weet dat de PMF bereikt is.
Gebruikerstesten (bijvoorbeeld via een marktonderzoeksbureau) zet je in wanneer je de website in een later stadium wilt optimaliseren.
Minimum Viable Product (MVP) laten maken en testen?
Bij CODE14 werken we ook volgens principes van the Lean Startup-Methode, Design Thinking en UX Design. Dat betekent dat wij al onze apps en websites ook bij een kleine groep gebruikers testen met prototypes en Minimum Viable Products, om zo tot het beste product te komen voor jouw doelgroep. We maken de prototypes en MVP’s niet alleen; we begeleiden ook het ontwerp- en testproces, zodat jij alleen maar je ideeën en wensen door hoeft te geven. Natuurlijk ben jij de eerste die het Minimum Viable Product kunt testen. 😉